Al lang wilde ik Hel, de Noordse Godin van de onderwereld, afbeelden. De verhalen over haar gedaante vertellen dat ze half dood en half levend is. Vaak is ze half om half afgebeeld. Haar linkerkant levend en haar rechterkant dood. Maar het idee van een jonge vrouw, dood vanaf haar middel, sprak mij meer aan. Geen buik, geen vruchtbaarheid. Enkel een zwarte leegte.
De tekeningen zijn gemaakt met witte kalk potloden op zwart papier en later digitaal samengevoegd en bewerkt. Los van elkaar bestaat de afbeelding uit vier tekeningen: de mist, de geesten, de vegvisir en Hel.
Het idee om een vegvisir toe te voegen kreeg ik tijdens het tekenen. Ik wilde haar een goddelijke kroon of aureool geven maar wel met een ‘vikinggevoel.’ Het magische kompas past bij Nifelhem, het rijk van de doden, Hels rijk. Het treurige oord waar de geesten van alledaagse mensen, zij die geen heldendood waren gestorven, verblijven. Eeuwig verdwaald.